Baracoa: bergen, chocolade, regen en rare boys

1 juni 2017 - Baracoa, Cuba

De volgende dag zat ik al vroeg op de bus naar Baracoa. Ik zat naast een Australisch meisje in bus en ze was reuze gezellig, dus we hebben de hele reis ook alle andere passagiers wakker gehouden met ons gebabbel. Ze bleek ook nog Maltese ouders te hebben, ze kwamen uit Sliema, vlakbij St Julian's waar ik heb gewoond. Ze liet me een paar foto's zien, en daar zag ik plots een bekende. Er zat een foto tussen van de Nederlandssprekende Cubaan, toch wel toevallig dat we die beiden in het grote Santiago tegen het lijf zijn gelopen. Baracoa ligt in het uiterste Zuidelijke/Oostelijke puntje van Cuba. Het is van de rest van het eiland afgesloten door een reeks bergketens, waardoor er een Caribisch microklimaat heerst. We slingerden dwars door de bergen (denk aan die reispillen mensen) naar het dorpje toe. Om ons heen zagen we steeds meer palmbomen uit de grond schieten. Vanaf grote hoogte keken we neer op de bergketens en kleine huisjes die op onverklaarbare locaties gebouwd waren. Een mooie reis, maar ook lichtelijk frustrerend omdat we veel mooie plaatjes zagen en geen foto's konden maken vanuit een rijdende bus. We waren dan ook blij toen we een tussenstop maakten. De buschauffeurs gingen een hapje eten in een huisje en wij mochten in hetzelfde huisje gebruik maken van de wc. Daarvoor moesten we wel langs de etende chauffeurs lopen. Karina (het Australische meisje) en ik waren inmiddels ook behoorlijk hongerig en keken met grote ogen naar al het voedsel. We lieten subtiel weten dat we ook wel een hapje lustten, en voor we het wisten zaten we bij ze aan tafel haha. Terwijl de andere passagiers nog in de rij voor de wc stonden. Gastvrij zijn ze wel hoor :).

Karina had maar 2 nachten in Baracoa en ik 4, ze wilde het meeste uit haar dagen halen. Daarom wilde ze sowieso de dag erop op excursie en het liefst dezelfde dag ook nog. Er stonden 3 tourbureaus in haar Lonely Planet en we spraken af die samen af te gaan en daarna door te rijden naar onze casa. Aangekomen bleek er al een fietstaxi te staan om Karina op te pikken. Ik was zelf een casa aan het bespreken toen ik plots iemand zag met een bord met mijn naam erop. Wat bleek nou? De vrouw van mijn casa uit Camaguey had al vooruit gebeld en een plekje voor me geregeld. Zo hadden we beide een fietstaxi, we legden ze met enige moeite uit dat we eerst de boekingskantoren langs wilden. De 1e, het meest aanbevolen door de Lonely Planet, was er niet en zou pas 's avonds om 8 uur aanwezig zijn. De 2e was gesloten en de 3e was nog dicht, maar zou een half uur later openen. We spraken af onze spullen te droppen en over een half uur weer bij het bureau te meeten.

Zo gezegd zo gedaan, helaas bleef het reisbureau onverbiddelijk dicht. Je weet ook maar nooit wat er gebeurt daar. Ondertussen raakten we aan de praat met een Cubaantje op het plein. Hij verzorgde ook tours en wilde ons wel naar El Junque rijden, een berg in de vorm van een soort tafel. Echter, als ik naar de lucht keek zag ik alleen maar wolken, dus dat uitzicht leek me niet zo interessant. Little did I know dat dat weer vrij standaard was voor Baracoa, little did she know dat El Junque helemaal niet bereikbaar was wegens de regenval van de afgelopen tijd, Cuba zit vol verrassingen. Karina besloot wel te gaan en we spraken af elkaar 's avonds om 8 uur weer te zien voor het tourbureau dat dan zou openen. Ik wandelde wat door het dorpje en at 's avonds 1 van de lokale specialiteiten: octopus in kokosmelk, slijmerig maar smakelijk ;). Om 8 uur stond Karina al bij het bureau, ze vertelden haar dat de tours waren gecanceld i.v.m. het slechte weer. Zij was zelf die dag al wel naar de cacaoplantages en de canyon geweest. De chocolade die ze had meegenomen was heerlijk en het feit dat de rum in het restaurant erboven slechts 75 cent per glas kostte maakte een hoop goed. In dat restaurant ontmoetten we nog een andere groep meiden en jongens die op toer door Cuba waren. Een paar Engelsen en Australiërs, waarvan vreemd genoeg 1 Australisch meisje ook Maltese ouders had. We dronken met de hele groep nog een mojito ergens terwijl we politieke discussies voerden. Toen er geen touw meer aan vast te knopen was, werd het tijd om naar huis te gaan. Karina had geen idee meer waar haar casa zich bevond, gelukkig vonden we een Cubaan bereid om mee te lopen en de weg te wijzen.

Je kan ervoor kiezen om in je casa te ontbijten, je moet dan wel even een dag van te voren een tijd aangeven. Dit is niet altijd even makkelijk in te schatten. Ik had optimistisch half 9 gezegd, zodat ik m'n hele dag kon benutten. Helaas was het de avond ervoor iets later geworden dan verwacht en bleef het na het ontbijt keihard regenen tot 11 uur, erg veel nut had het dus niet. Toen het eindelijk opgedroogd was ging ik de tourbureaus maar weer eens af. De tours waren ofwel afgelast i.v.m. de regen, of al vroeg vertrokken. Dompertje. De chauffeur die Karina de dag ervoor had meegenomen was ook niet meer te vinden. Maar geen wanhoop, taxichauffeurs genoeg. Ik vond er eentje bereid om mij een dagje rond te rijden voor een schappelijke prijs. Hij kwam aan met een super toffe jeep, we reden door de omgeving van Baracoa en de 1e stop was bij een chocolade farm. Het voordeel van een economie als deze is, dat mensen de tijd nog hebben om alles met de hand te doen. Er wordt ook geen gebruik gemaakt van pesticiden, alles gebeurt op natuurlijk wijze. Een dame van de farm legde me het hele proces van chocolade maken uit, geheel in het Spaans, gelukkig in een slakken tempo zodat ik het goed kon volgen. Chocolade en cacoaboter blijkt ontzettend goed te zijn voor...alles! van een neusverkoudheid tot striae bij zwangere vrouwen, chocolade is je vriend. Ik wist het wel...Ik mocht natuurlijk ook proeven en heb wat gekocht daar, oeh..wat smaakte dat goed! Terug naar de jeep om te scheuren richting Yumuri, een canyon die zich daar bevindt. Onderweg reden we weer langs allerlei palmbomen, velen waren echter omgevallen en ontworteld, niet al te lang geleden heeft er een grote cycloon gewoed, vrij dramatisch voor alle plantages. Verder bestond ons uitzicht uit allerlei diertjes: biggetjes, geitjes en kippen scharrelden langs de kant van de weg. Al snel kwamen we bij Yumuri. Waarom het zo heet, is nogal een triest verhaal. De Spaanse overheersers mieterden de Indianen in de canyon, waar ze dan stierven (muerte, muri, zie de overeenkomst). En toch, de canyon was nu een prachtig vredig gezicht. We gingen met een bootje de canyon in, de kapitein was bruin met blauwe ogen, een bijzonder gezicht (hihi letterlijk). Doordat er allerlei volkeren door elkaar zijn gemixt hebben sommige mensen een bijzonder uiterlijk. We wandelden nog wat over het eilandje waar ik het geluk had om weer een kolibrie te zien! Echter, steeds als ik een foto wilde schieten wipte hij weer naar de volgende tak. Dus je zal me moeten geloven of zelf gaan om het te zien. De gidsen vertelden me van alles over de natuur daar, zoals over een vrucht die vrouwen moeten eten als ze zwanger willen worden. Ze maken daar veel gebruik van natuurlijke 'geneesmiddelen'. Als volgende stop mocht een wit strand natuurlijk niet ontbreken. Ik kwam daar het gezelschap van de avond ervoor weer tegen (de Engelsen en Australiërs, dus we dronken samen nog even een cocktailtje. Mijn chauffeur vertelde dat hij de dag erop met een groepje naar de waterval zou gaan en of ik mee wilde, dat leek me wel wat. Hij vertrok om 9 uur de volgende ochtend, goed te doen. Toen hij me dropte, vroeg ik mañana? En zei hij alleen 'si'. Of hij me zou komen oppikken of ik ergens heen moest was me niet duidelijk. Hij had me wel gevraagd om 21:00 naar het dorpsplein te komen om samen wat te drinken. Mijn dutje en eten duurden echter wat langer dan verwacht en voor ik het wist was het al 21:00 geweest. Mijn chauffeur was nergens meer te bekennen. Wel raakte ik aan de praat met Bobby, een andere chauffeur die ook Duits sprak en tours deed. Hij zou de dag erop met 2 Duitse mannen en een Duits meisje de bergen in gaan, of ik mee wilde...Een loyaliteitsconflict! Uiteindelijk had ik de perfecte afspraak, ik wachtte de volgende dag tot 10 over 9 of mijn chauffeur zo opdagen, zo niet, dan zou ik Bobby en de Duitsers om 09:20 ontmoeten op het plein voor een toertje met hen. Opgewekt liep ik naar huis, vlak voordat ik er was werd ik nog aangesproken door een Cubaan die me spontaan uitnodigde voor zijn verjaardag bij hem thuis de volgende dag. Ik maakte hem duidelijk dat hij me daarvoor niet hoefde op te halen, maar dat ik zelf wel zou komen omdat ik nog niet wist hoe laat het zou worden (haha gefopt! Nooit meer heen gegaan).

Next day 09:10 geen teken van mijn oude chauffeur. Op naar het dorpsplein. Helaas barstte er net op dat moment een enorme regenbui los. Omdat ik het niet kon riskeren dat chauffeur Bobby ook weg zou zijn, liet ik me volledig nat regenen. Ook liep ik op slippers en werden de stenen straten erg glad door al het water. Ik bereikte het dorpsplein al schuifelend en glijdend en met al mijn kleren tegen mijn lijf geplakt, maar hee, ik had het gehaald en het zou vast snel weer drogen. Het gezelschap had alvast een enorme tas vol bier ingeslagen, veelbelovend... en we reden nog even naar een supermarkt om wat eten in te slaan. En die hadden ze gewoon! Een supermarkt! Op Cuba! Met gevulde schappen! Baracoa is een wonder echt waar. We sloegen nog wat spaghetti en namen een fles rum mee en reden weg. Ik had eigenlijk geen flauw idee waar we heen gingen en ze vonden het grappig om dat niet te vertellen. We slingerden weer wat bergen in en stopten ergens om de bergen in te wandelen. De 2 Duitse mannen, waarvan 1 heel dik en 1 met een baard, waren een soort hobby biologen. Ze waren dol enthousiast en blijkbaar liepen we op een soort grens tussen 2 klimaten: tussen tropische en caribische begroeiing als ik me niet vergis. Ze waren ook gekleed in stijl: volledig in het groen, alsof een dikke Duitser hier dan niet opvalt, maar goed. Het was zeker mooi met fel gekleurde vlinders, guave planten en varenbomen. De Duitse mannen wilden echter alles van zeer dichtbij bekijken en er duizend duizend foto's van maken, dus erg vlot ging het niet. We stopten nog bij een huisje waar we een kopje koffie kregen. De mannen maakten via Bobby afspraken met die mensen, omdat ze in de toekomst tours willen organiseren in Cuba en ze dit wellicht als tussenstop konden gebruiken. Ik en het Duitse meisje vermaakten ons intussen goed met 2 allerliefste puppy's die daar rond dartelden. De Duitse mannen waren om de 1 of andere reden op zoek naar een bepaalde libelle die daar zou moeten zitten. Ik vind het maar enge beesten, maar goed ieder zijn ding. Ze waren dan ook buiten zinnen toen ze er eentje vonden en maakten een stuk of 50 precies dezelfde foto's van het beest. Je kan begrijpen dat dat weer een tijdje duurde, dus ik en Bobby liepen vast terug richting taxi en precies toen wij er al inzaten stortte er weer een tropische regenbui neer, dit keer had ik geluk.

Toen de Duitsers ook gearriveerd waren reden we door naar het strand. Bobby maakte een vuurtje en we kookten spaghetti en maakten pastasaus met verse tomaten. Om de spaghetti te laten uitlekken prikte hij met een vork gaatjes in een plastic tasje en hing dat aan een boom, vindingrijk moet ik zeggen. Ondertussen op het strand ging Bobby in het Spaans tegen me praten zodat de Duitsers me niet verstonden. Of we 's avonds niet nog uit konden gaan, zonder de mannen, maar wellicht met het Duitse meisje erbij. En of ik niet even gezellig mee wilde wandelen naar de auto om dingen terug te brengen, ik heb vriendelijk afgeslagen. Wat biertjes en rum verder aanvaardden we de terugweg. De taxi had 2 van die lange bankjes, aan 1 kant zaten de Duitsers, aan de andere ik en Bobby. Bobby vroeg of ik een stukje opzij wilde schuiven, ik snapte niet waarom, dus verschoof een klein stukje. Het bleek dat hij plat wilde liggen, dus vervolgens vroeg hij of hij met zijn hoofd op mijn schoot mocht liggen. Toen ik dat weigerde werd hij boos op MIJ! Dat ik hem een normale vraag weigerde, ze hebben hier toch een ander idee van normaal. Vervolgens schoof ik helemaal op, zodat hij alsnog plat kon liggen, het was maar een klein ventje, maar toen wilde hij niet meer. Die mannen blijven verbazen..Ik denk dat de rum iets te hard was aangekomen. 's Avonds dronk ik als afsluiter nog wat met de Duitsers om te proosten op toch een mooie dag.

In mijn volgende verhaaltje vertel ik hoe ik rond Baracoa fiets en hoe de Cubaanse mannen ruzie om me maken, moet ook niet gekker worden hè ;)