Blue Lagoon, een Jamaicaanse bekendheid en leren over het leven van Bob Marley, jaaa man.

16 juli 2017 - Kingston, Jamaica

Na 3 uurtjes slaap stapte ik een uurtje of 07:30 's ochtends weer in een o zo comfortabele (neeee, niet echt) lokale bus naar Port Antonio. Ik had 1 nachtje geboekt in het Porty Hostel (had verkeerd gelezen en dacht dat er Party Hostel stond, nee hoor ook niet echt). Ik bleek mijn kamer te delen met een Duitse boy, die helaas alles in de omgeving al gezien had en verder ook redelijk autistisch bleek te zijn. Ik kreeg wat tips van de receptioniste, er waren een aantal stranden die mooi waren en de Blue Lagoon was de moeite om te bezoeken. Ook gaf ze me een prijslijst mee van hoe duur de taxi's naar de verschillende plekken zouden moeten zijn. Eerst liep ik naar het centrum, want mijn zonnebrand was op en ik moest hoognodig een nieuwe kopen. Ik liep een Jamaicaan tegen het lijf, Patrick, die me de weg wees naar een apotheek waar ik dat kon halen. Ik liep de deur uit met factor 85, verbranden was onmogelijk geworden :p. Uiteraard was Patrick ook een tourguide. Hij wandelde met me naar het haventje en zei dat hij me later op kon pikken om me naar een strand en de Blue Lagoon te brengen. Op dat moment kwam ik erachter dat ik mijn handdoek vergeten was, niet echt handig als je naar het strand gaat. Hij moest nog wat regelen in het hotel waar hij werkte en daarna kon hij me met de motor oppikken. Ik zou doorlopen naar het strandje en vanaf daar zouden we eerst langs het hostel rijden om mijn handdoek op te halen en daarna verder naar de highlights. Ik deed dat braaf, het strandje was echter niet zo boeiend zonder handdoek, met overigens ook niet en er waren een aantal Jamaicanen naar me aan het roepen. Toen ik daar 10 min. stond dacht ik, ik lijk wel gek! Het stikt hier van de taxi's en dan ga ik zeker op deze ene gast wachten op een plek waar ik eigenlijk niet wil zijn, dus ik maakte rechtsomkeert en liep naar het hostel om mijn handdoek op te halen.

Gewapend met handdoek hield ik aan de grote weg een taxi aan. Ik liet mijn prijslijst zien en tot mijn grote verbazing zei de chauffeur dat het MINDER kostte! Dit terwijl ze tot nu toe continu te veel vroegen, om fooien zeurden en vervolgens zeurden dat de fooien te laag waren. Hij reed me naar Boston Bay, dit strandje was me getipt. Toen we er bijna waren werden we door een motor ingehaald...oeps! Daar was Patrick, die had me gewoon gevonden! Hij was niet erg amused..Ik liet me gewoon door de taxi naar Boston Bay rijden en sprak af dat Patrick me daar een uurtje later op zou pikken om naar de Blue Lagoon te rijden, iedereen weer tevreden. De taxichauffeur heb ik overigens een fooi gegeven, dit soort gedrag moet natuurlijk beloond worden! Boston Bay was een prachtig baaitje met helblauw water. Het was ook vrij rustig en als hoogtepunt liepen er jongens rond met koud bier <3, ik zwom een stukje, lag wat te zonnen en keek hoe een paar jongetjes keihard faalden bij hun pogingen om te surfen. Daarna kwam Patrick met de motor (mama maak je geen zorgen ik had een helm op) en scheurden (reden, bedoel ik mam, reden) we naar de Blue Lagoon. De film Blue Lagoon is, hoe kan het ook anders, hier opgenomen. Het is overigens een ontzettende cheesy Amerikaanse film, maar wel tof om de plek terug te zien waar ik zelf ben geweest. De plek doet zijn naam ook recht aan, het water is echt ontzettend blauw. Iets verderop zat een mineraalbron, waar ik even in heb gezwommen. Dit water was echt best wel fris, op zich niet verkeerd met die temperaturen. Volgens Patrick wordt je 20 jaar jonger als je in die bron zwemt. Dan ben ik nu dus 7. Mag ik dan nog wel bier drinken? :O Er knabbelden ook van die kleine visjes aan m'n voeten, een gratis spa behandeling! Terwijl ik nog wat foto's maakte kwam er een Nederlands echtpaar aanwandelen, Simone en Dennis. Zij waren ook op rondreis door Jamaica, ze hadden wel iets langer de tijd dan ik, maar gingen toevallig ook de dag erop naar Kingston. Ze hadden een auto gehuurd en wilden er via de Blue Mountains (ik zweer het je, alles is daar blauw) naartoe rijden. En had ik even mazzel, ze boden me spontaan een gratis lift aan! Kon ik ook nog even mooi de Blue Mountains meepakken en zat ik ook nog eens een stuk lekkerder. We wisselden nummers uit en Simone zou me de volgende ochtend bellen om me op te pikken, super!! Patrick reed me nog langs wat viewpoints en zetten me daarna keurig af bij m'n hostel. Samen met een andere krullenbol uit het hostel ging ik wat avondeten halen. Uiteraard kip. De kip is wel heel lekker daar, het heet "Jerk chicken" en er zit een speciaal, smakelijk kruidenmengsel overheen. En toch, als je het elke dag eet gaat het wel wat vervelen. Daarna nog wat op de veranda van het hostel gehangen. Inmiddels had een bont gezelschap zich daar verzameld. Er waren 2 Duitse jongens die beide Philip heette, iemand uit Boston (hij kwam vast voor de Bay) die Curtis heette, 2 Bosnische jongens met onmogelijke namen en nog een stel Jamaicanen. Onder de Jamaicanen bevond zich Shanti, een heuse bekendheid. Hij zit namelijk in de serie Strain Hunters, een serie waarin een stelletje mannen over de wereld reist om (uiteraard) de beste wiet te vinden. Shanti verzorgt alle muziek in de Jamaicaanse aflevering. We babbelden wat en Shanti vertelde over zijn plannen om met zijn muziek de wereld over te reizen. Ook vertelde hij over zijn wantrouwen tegen doktoren en dat hij het liefst vertrouwde op natuurlijke middelen (hihi wiet?). Het was dan ook behoorlijk ironisch dat hij vlak daarna een epileptische aanval kreeg, dat deed me toch twijfelen aan de effectiviteit van zijn zelfmedicatie. Ik ging niet al te laat naar bed, zodat ik de ochtend erop op tijd klaar stond voor mijn lift!

De volgende ochtend brak er rond 10 uur een tropische regenbui los, dus ik was des te verheugder toen Simone en Dennis een uurtje later de weg naar mijn hostel hadden gevonden. Dat was nog best knap, ze hadden namelijk de verkeerde auto van de verhuurder mee gekregen. Ze hadden een fourwheeldrive met navigatie gereserveerd, deze was echter per ongeluk de dag ervoor aan een ander stel mee gegeven. Na nog een dag gewacht te hebben, waarop het andere stel niet bereikt kon worden, besloten ze genoegen te nemen met een simpeler auto. Het stel dat de verkeerde auto had meegenomen was waarschijnlijk Chinees, want het navigatiesysteem in de auto van Dennis en Simone was ook Chinees, ze moesten dus zelf met een niet al te gedetailleerd kaartje navigeren. Het bleek overigens onmogelijk te zijn om het navigatiesysteem uit te zetten, ook een druk op het knopje 'off' mocht niet baten. Dus een Chinese stem gaf onderweg zo nu en dan wat commentaar. De Blue Mountains is een gedeelte hoog in de bergen, dat blauw kleurt. Met een minimaal kaartje, het volgen van de bordjes en af en toe de weg vragen aan een Jamaicaan, reden we erheen. Dennis en Simone waren erg gezellig, ook wel prettig om weer even Nederlands te praten. Ze hebben 3 zoontjes, die ze af en te thuis laten om een verdere bestemming te bezoeken. We maakten onderweg een tussenstop om wat ananas te eten en wat lokale zoetigheden uit te proberen. Het ene was lekkerder dan de andere, en Dennis gaf dan ook de helft van een wat drogere koek weg aan een bedelaar. Nog een paar keer vragen verder zaten we op de weg die omhoog leidde. Die was op z'n zachtst gezegd een uitdagende weg. De weg was smal en toch tweerichtings, zat vol met gaten en ging soms vlak langs de afgrond. Een 4X4 was zeg maar niet weg geweest haha. De bodemplaat kreeg het goed te verduren, maar Dennis loodste ons vakkundig langs de diepste gaten. Naast zijn blauwe kleur, staan de Blue Mountains bekend om zijn koffie.  We stopten halverwege bij een kleine plantage waar ze lieten zien hoe het koffie maken in zijn werk gaat. Leuk om te zien hoe de koffieboon eerst nog in een rode vrucht zit en hoe er na een heel proces bruin poeder ontstaat. Dennis en Simone proefden een kopje en het smaakte heerlijk. Simone werd nog vrolijker toen ze begreep dat een zakje koffie slechts 200 Jamaicaanse dollar kostte (nog geen 2 euro) en ze waren al een het verzinnen wie ze het allemaal cadeau gingen doen, toen het toch 2000 Jamaicaanse dollar bleek te kosten. Toch geen reden om het niet te halen. Onderweg vroegen we zo af en toe of we nog op de goede weg zaten en hoe lang het nog ongeveer rijden was. Vreemd genoeg liepen de schattingen uiteen van zo'n 1 tot nog 6 uur. Ik geloof toch dat ze daar minder waarde aan tijd hechten.. De waarheid lag zo'n beetje in het midden. Ergens halverwege de berg stond een Jamaicaan langs de weg met zijn duimpje omhoog. We waren goedgehumeurd en gaven hem een lift. Helaas konden we van een afstand niet zien hoe hij rook, verre van aangenaam! We zetten de ramen maar open om de lucht wat te verminderen. Hij had zo'n zijn eigen benamingen voor wat er gebeurde. Als de bodemplaats weer langs een stukje weg schraapte, riep hij "Bonkie!", wat Dennis natuurlijk vervolgens elke dat dat gebeurde ook uitriep. Hij had nog wel een functie, hij wist namelijk waar de Blue Mountains precies lagen. Het was maar goed dat hij ze aanwees, anders waren we er waarschijnlijk straal voorbij gereden. Niet dat het nu erg indrukwekkend was, er hingen namelijk nogal wat wolken voor. Uiteindelijk zette we hem bij een huis af, waar hij op de vrachtwagen moest stappen om te werken. Simone en ik maakten nog even gebruik van de wc daar. Het was een mooi ontzettend kitscherig huis, grappig om te zien.

Daarna reden wij verder naar Kingston, weer vrij om door onze neus te ademen, zonder ons gezelschap. Ik had nog wat jerk chicken van de avond ervoor bewaard om als lunch op te eten, maar Dennis en Simone haalden even een hamburgertje toen we Kingston bereikten. Het Bob Marley museum lag precies op de route naar mijn hostel, dus dat was de volgende stop. We konden nog net het terrein oprijden, maar het bleek helaas al gesloten te zijn. We schoten nog snel even een foto maar dat werd ons niet in dank afgenomen, zonder ergens voor betaald te hebben, dus we maakten ons maar snel weer uit de voeten. Na even zoeken vonden we mijn hostel. Dennis en Simone zijn de hostels inmiddels wel ontgroeid, maar waren wel benieuwd hoe dat er nou uitziet dus die liepen ook even mee. Nou, dat viel niks tegen, prima kamertjes, maar het hoogtepunt was toch wel...en heus zwembad in de tuin! En wie trof ik daar? De 2 Zweedse meisjes met  wie ik domino heb leren spelen en een stelletje Duitsers ook uit het Reggae hostel in Ochi. De verleiding was erg groot om gelijk bij de meiden in het zwembad te duiken. Maar ik zou de dag erop al weer terug moeten naar Ochi, dus ik nam toch het aanbod van Dennis en Simone aan om nog even mee te rijden naar het centrum van Kingston. Ik had inmiddels ook vernomen dat er die avond vanuit het hostel een Vinyl Night werd georganiseerd, dus daar zou ik de anderen dan weer treffen. De Zweedse meiden vertelden dat de markt in Kingston wel mooi was en daar reden we toevallig tegenaan. Dennis sputterde nog wat tegen het idee om uit te stappen en de markt te bekijken, maar win het maar eens van 2 vrouwen ;). Geloof overigens niet dat hij er spijt van had. De markt bleek gigantisch te zijn, ze verkochten echt alles wat je nodig hebt in je leven. Net als in Azië stoppen ze ook graag dingen in plastic zakjes, zoals zeep en shampoo. Uiteraard was er ook voedsel, met vlak daarnaast een berg met afval van het voedsel van de dag ervoor, kramen met schoenen, bergen met ondergoed, elektronica, noem het maar op. Uiteindelijk begon het te schemeren en hebben de 2 me nog helemaal naar de bushalte gereden die terug naar het hostel ging. Een topdagje gehad! Zo zie je maar waar een spontane ontmoeting toe kan leiden.

Ik had al gezien dat je bij het hostel eten kon bestellen, het werd al donker en het hostel lag een beetje buiten de stad, dus rondlopen om iets te zoeken was ook niet echt een optie meer. Wat ik niet wist, was dat je slechts tot 19:30 eten kon bestellen. En ineens nemen ze het dan wel heel nauw met de tijd! Dus toen ze om 19:36 voor voedsel belden, was het antwoord onverbiddelijk 'Nee'. Ik at nog maar wat Custard Creams en hoopte bij de Vinyl Night een hapje te kunnen scoren. Gelukkig bood een Duitser me later zijn overblijfsel rijst met doperwten aan, overheerlijk ;). We hingen nog wat bij de bar en gingen later met een aardig grote groep in een busje naar Vinyl Night, geen idee hebbende wat dat precies inhield. We hadden ook niet echt kunnen bedenken dat een avond uit er ook zo uit kon zien. Het geheel vond buiten plaats op een soort marktje, waar ze ook nog allerlei prullaria verkochten. Achterin was een soort overdekte draaitafel waar muziek vandaan kwam en af en toe een Jamaicaan live wat zong. Achter 1 van de kraampjes werd ook drank verkocht. En je kon nog een klein winkeltje in. Ik kwam ook nog een oudere Duitse dame tegen die in Ochi in het hetzelfde hotel zat en er sinds haar scheiding lekker op los leefde, erg toevallig weer. Dit alles vond plaays in het schijnsel van lichtslingers, hartstikke gemoedelijk. Helaas vond de politie het wat minder en kwam de boel na een aantal uur opdoeken. We begrepen later dat ze de boel plat legden omdat er achter het kraampje ook wiet werd verkocht. Klinkt niet echt als een legitieme reden toch in Jamaica? Maar het bleek dat je een vergunning nodig hebt om het te mogen verkopen, en deze man het verzuimt het aan te schaffen, al met al toch een mooie avond gehad en nog even na gebabbeld in het hostel.

Toen brak alweer m'n 1 na laatste dag in Jamaica aan! Om het geheel compleet te maken ben ik toch met een aantal meiden naar het Bob Marley museum geweest. Dit was verplicht met gids en daarom ook wel 25 dollar, maar ja...het hoort er wel echt bij. Het museum is gemaakt in het huis waar hij echt gewoond heeft en hits zoals "three little birds" heeft geschreven die hij daar in de tuin zag. Hij is maar 36 geworden, maar heeft enorm veel meegemaakt en een enorme indruk gemaakt op allerlei hoog geplaatste personen. Door zijn boodschap van vrede en liefde is het politiek ook lange tijd een stuk rustiger in Jamaica geweest. Dit nadat hij tijdens een optreden 2 politici die elkaars concurrenten waren elkaar de hand liet schudden. We liepen zijn zelf gebouwde studio in, zijn nog ingerichte keuken en zijn slaapkamer met lederen slippers naast zijn bed. Deze had hij gekregen van de koning van Ghana die hem als eregast beschouwde. Wist je trouwens dat hij een keer beschoten is in zijn eigen huis en sindsdien de rest van zijn leven met een kogel in zijn arm heeft rond gelopen? Het was moeilijk operabel, dus ze lieten het maar zitten. Leuk om zoveel te zien van zijn leven. Ik had besloten om nog die avond terug te gaan naar Montego Bay, aangezien ik de dag erop vandaar naar Havana terug vloog. Er ging er een bus in de middag en ik had al zo mijn twijfels of ik die na de museum toer nog zou halen, maar de taxichauffeur had me verzekerd dat dat zou lukken "Ja man". Dat zeggen ze daar dus echt de hele dag door, klinkt heel gek vertrouwd tussen dat vervormde Engels door. Maar dat "ja man", bleek dit keer "uhm nee". Gelukkig ging er 's avonds ook nog eentje, dus na iets meer dan een uur wachten reed ik weer terug naar de plaats waar ik Jamaica was binnengekomen. Jamaica is een prachtig eiland en alles ligt dicht bij elkaar, 1,5 week zou perfect zijn om het hele eiland te bekijken. Het nadeel is wel dat je meer op je hoede moet zijn en niet overal in het donker over straat kan. Er zitten toch wat verhitte types tussen, in mijn ogen hebben ze die wiet ook gewoon nodig om een beetje te kalmeren. 

De dag erop vloog ik terug naar Havana voor nog 1 nacht en dag. De taxichauffeur die me oppikte vertelde me toch weer iets dat ik nog niet wist. Wat meespeelt in het feit dat ze zo slecht Engels spreken daar, is dat ze het in de jaren '80 niet op school kregen. Er was immers een embargo vanuit het Engelssprekende Amerika, dus in plaats daarvan leerden ze Russisch (super nuttig op een eilandje in Midden Amerika). Gelukkig had deze man een aardige oma die in de VS woonde en hem Disney films in het Engels opstuurde, zodat hij toch wat oppikte. Het was al laat, dus die avond heb ik niet veel meer gedaan. Ik had wel de hele volgende dag nog, want m'n vlucht terug vertrok pas in de avond. 's Ochtends heb ik heel wat kilometers afgelegd om een aantal schaarse marktjes met souvenirs te bezoeken. En ik had een missie: lederen slippers in maat 41 vinden voor moeders. Dat is toch wel echt een reuzemaat hoor daar, maar uiteindelijk lukte het! De volgende stap was Montecristo's voor paps. Helaas was het zondag en waren de staatswinkels gesloten. Maar een aantal Cubanen leidden me naar een soort huisje waar ze ze ook verkochten en verzekerden me dat ze echt waren, ik had niet echt een andere optie dan ze maar gewoon te geloven. Ik vond dat ik het in de middag wel verdiend had om even te relaxen. De vorige keer dat in in Havana was, had een Engels meisje me erop gewezen dat er een hotel was met een rooftop bar en zwembad. Ze zei dat je er gewoon kon binnen lopen, als je daar maar een drankje bestelde. Een laatste mojito kon geen kwaad dacht ik zo. Wel moest je er binnenlopen alsof je een hotelgast was, anders kon je nog wel eens worden tegengehouden. Gewapend met handdoek ging ik die kant op. Ik liep naar binnen en...zag maar niet waar de lift of de trap was. Ik liep zo nonchalant mogelijk en toch zoekend door de lobby, maar helaas, ik werd aangesproken en mocht er niet in. Dan maar een rondje over het kunstmarktje op het plein ervoor. Ik babbelde nog even met een man, die vertelde dat hij in Nederland was geweest. Ik vroeg geïnteresseerd in welke plaats en hij riep uit: "Salzburg!" Ik probeerde hem te vertellen dat dat zich in Oostenrijk bevindt, maar hij hield voet bij stuk. Vervolgens beschreef hij mij de plaats, aan het strand en met een racecircuit, klinkt als..."Zandvoort!" Mystery solved. Mijn laatste paar cucs besteedde ik zeer verstandig, namelijk aan goedkope mojito's en bier, dat hebben we hier namelijk niet voor de prijzen. Het afscheid van Cuba was ook wel grappig. Zelfs op het vliegveld zijn ze niet echt gemotiveerd om dingen goed te regelen. Zodoende stonden de mensen voor 2 verschillende vluchten in 1 rij haha. Ik wachtte maar tot de rijen een beetje waren opgelost en stapte het juiste vliegtuig in. Na m'n overstap in Parijs zat ik nog in hetzelfde vliegtuig als Kader Abdolah met onmiskenbare snor. En voor ik het wist was ik weer in NL en kon de jobhunt beginnen, gelukkig is dat inmiddels ook verleden tijd.

Zo dat was hem weer! Tot de volgende lange reis! :D

En zal van de week nou ein-de-lijk eens de foto's toevoegen.

Daahaaag lezertjes! Tot snel 

1 Reactie

  1. FriBi:
    16 juli 2017
    Top verhaal Charlotte! En blij met de mooie slippers:)