Naar onze chimp broertjes, bijzondere dieren in Queen Elizabeth NP en lokale thee in Fort Portal

23 september 2022 - Fort Portal, Oeganda

We reden door in de richting van het volgende National Park om onze broertjes, de chimpanzees te spotten. Ik kreeg Dave the Cave getipt als uitvalsbasis voor de chimp trekking bij Kalinzu Forest. Omdat we die ochtend mega vroeg op safari waren gegaan en Angela nog moest herstellen besloten we eerst een rustig dagje te houden. Dave the Cave ligt vlakbij een klein dorpje. Je moet een dirtroad omhoog om er te komen. Onderweg liepen we wat vertraging op, omdat ik mijn portemonnee bij Hyena Hill had laten liggen (al mijn cash weg…hopelijk hebben ze er een goede koe van kunnen kopen). Dus we moesten een heen en weertje doen. Einde middag in de regen kwamen we bij Dave the Cave in de buurt. We sjeesden de berg op en toen….had het daar volgens Google Maps moeten zijn, maar er stond een bord met een andere naam. Dus we reden nog maar een stukje voort op een pad waar het nog modderiger was en waar keren vrij lastig was. Toen de wielen een eigen leven gingen leiden, terwijl er een afgrond in de buurt was hebben we de auto op de handrem gezet en Dave gebeld. Dave verontschuldigde zich, want de naam stond inderdaad niet duidelijk op het bord en loste zijn schuld in door de auto voor ons terug te brengen met een groepje mannen in het donker en de stromende regen. Onze verblijfplaats laat zich omschrijven als half hooischuur/half tent, maar wel met eigen badkamer. 

De volgende ochtend bij daglicht werden we verrast met uitzicht op een prachtig kratermeer. Er was ook ontbijt met uitzicht en harig gezelschap. De bomen begonnen te ritselen en er kwamen kleine aapjes tevoorschijn, loerend naar de bananen. Af en toe rende er 1 over het golfplaten dak door en stak zijn koppie er onderuit, dat zag er erg grappig uit. De bananen pakten ze als je die op een randje legde en er zelf een endje vandaan ging. Met een gids van Dave deden we een klein rondje in de buurt. Eerst liet hij ons zien hoe er bananengin gemaakt wordt. Een grappig systeem, waarbij er gedestilleerd wordt door buizen in een waterval te laten afkoelen. We mochten ook proeven, een stevig drankje, maar beter van smaak dan bananenbier. Volgens hen ook goed voor de gezondheid, dus als je een excuus om te drinken zoekt.. Daarna kregen we in een lokaaltje bananen- en honingwijn te drinken, ook prima te pruimen! De laatste stop was een lokaal schooltje. Dat was heel schattig, maar vooral eigenlijk hartverscheurend om te zien. Ze hebben zo weinig geld en voorzieningen. Een aantal kinderen slapen zelfs in het schooltje, lopen op blote voeten waardoor er insecten onder hun nagels kruipen en eten hebben ze ook niet allemaal genoeg. Ze zijn wel inventief, schrijven bijvoorbeeld op verpakkingsmateriaal, zoals karton en zelfs op plastic. Er hangt overal lesmateriaal, Engels leren lijkt prioriteit te hebben. Er stond wel een verdachte zin op het bord: “the father beats the child.”  Hmmm. We mochten eerst bij juf Stella in het kantoortje komen en toen zagen we de nieuwsgierige kindergezichtjes al naar binnen gluren. Vervolgens bij de tour door het schooltje hadden we steeds hordes kinderen achter ons aanlopen. Wij maar high fives en boksen geven. Je voelt je bijna als een soort koninklijk bezoek. Omdat we ons echt veel te rijk voelden die dag zijn we het dorpje in gereden om daar schriftjes, potloden en ballen te kopen voor het schooltje. Die kunnen ze vast goed gebruiken. Zelf kochten we op het marktje een gigantische avocado voor 13 cent en natuurlijk een rolex. Toen was het weer tijd voor regen en dus rust. Na alle hikes e.d. hadden we onze was maar eens afgegeven om schoon te maken. Nadat ze zeiden dat het van het weer afhing wanneer deze klaar was, hadden we niet verwacht dat dat betekende dat ze het in de regen lieten hangen, een staaltje plaatselijke logica?

De volgende ochtend weer vroeg uit de veren voor de chimpansee trekking bij Kalinzu Forest. Wij gingen op weg met machete Maureen, die de weg voor ons kon vrijmaken. In het bos zijn verschillende rangers aanwezig die de chimps voor ons proberen te spotten. Ze doen dit aan de hand van natuurlijke sporen, zoals verse poep. Dan bellen ze elkaar om door te geven wanneer ze gevonden zijn. De chimps blijven namelijk niet op 1 plek, maar reizen en maken steeds nieuwe nestjes. Al vrij aan het begin hadden we er 1 te pakken! Nadeel van het regenwoud zijn de mega hoge bomen waar ze graag in klimmen. Dus we zagen hem best van een afstandje. Toch vond ik het wel heel bijzonder om zo’n groot intelligent schepsel (hoger IQ dan Bonnie St. Claire) van zo dichtbij te zien. Maureen werd gebeld om te vertellen dat er ergens anders een groepje was gespot. Dus een nieuwe track volgen en weer de bosjes in. En we vonden de groep! Ze waren best luid en renden soms achter elkaar aan. Er was ook een geil vrouwtje met roze billen. In het bos staan bomen met heel grote wortels, de chimps trommelen hierop om de troepen te verzamelen. Ook deze chimps zaten weer hoog in de bomen, dus plaatjes schieten was lastig. Angela vond op deze wandeling vooral de paddestoelen interessant, daar reis je dan voor naar Afrika. Ik vind het wel wat hebben dat alles op natuurlijke wijze gaat en ze bijv. niet proberen om de apen te lokken. We kregen nog wat tips van 2 Israeli’s en konden een stukje meerijden met hun chauffeur Moses. We noteerden meteen zijn nummer omdat hij ook als gids werkt in het Queen Elizabeth National Park.

Die kant reden we namelijk op! Het gebied rondom Dave the Cave is heel bergachtig, wat frisser, standaard elke middag en avond regen. Maar een klein stukje daarvandaan reden we de bergen plotseling uit en strekte de weidse savanne zich voor ons uit. Een totaal ander landschap en gelijk een stuk heter daar. We verbleven bij Tembo, aan de rand van het park. Mooie lodges met een terras aan de Kazinga rivier. Op het dak van de receptie zat een superlelijke grote vogel, een maraboe zo leerden we (op Google omschreven als “een bijzonder groot lid van de ooievaarsfamilie”). We moesten eerst wat praktische zaken regelen, want pinnen kon alleen in een stadje 3 kwartier verderop, genaamd Kasese. Onderweg passeerden we de evenaar, even van het ene naar het andere halfrond, alsof het niets is. Kasese bleek onverwachts leuk. Behalve een pinautomaat hebben ze een gezellig marktje, waar ik een souvenirtje kocht. Verder was er een straat met een rijtje restaurants en eetkraampjes. We voelden ons moedig dus aten een stukje vis van de straat en schoven aan tafel bij een lokaal restaurant zonder menukaart. Na wat verwarring over en weer hadden we een bord vol met banaandeeg om in een soepje te dippen, avocado, vis en  groente, heerlijk! Een mega maal voor 2,50. We hebben inmiddels geleerd dat ze niet zo goed zijn in vlees bereiden, dat is allemaal taai en droog. Vis is echter top, niet te lang, sappig, smakelijk, beetje omgekeerde wereld. Die straat zat ook vol maraboes, zittend in een boom of schooierend bij de kraampjes. Ondertussen waren we zelf ook aan het schooieren voor de goedkoopste safari de dag erna. We lieten Moses en Eddie tegen elkaar opbieden. Moses gaf de beste deal. En we vonden hem gelijk grappig. Hier in Afrika word je continu ‘musungu’  genoemd, Swahili voor iemand met een witte huid. Hij appte ons dat we 06:30 musungu time zouden vertrekken, stipt dus haha. Die avond terug bij de lodges was ook nog bijzonder. De hippo’s verblijven overdag vooral in het water, maar na het donker kwam er eentje gras grazen op het terrein waar wij verbleven. Die hebben we met een zaklamp begluurd.

Die ochtend dus weer vroeg op om Queen Elzabeth National Park te bezoeken. Naar haar vernoemd toen ze het in 1954 1 keer heeft bezocht, een beetje veel eer? Er brandde zelfs een kaarsje bij haar foto wegens haar overlijden. Op veel plekken werken ze met elektriciteit op basis van zonne energie, dus ‘s ochtends is die dan op. Ontbijten bij kaarslicht heeft echter ook wel wat, met het geluid van brullende nijlpaarden op de achtergrond. Moses was er netjes op musungu tijd. Hij had een busje met een dak dat omhoog geklapt kan worden zodat je door het spleetje kan fotograferen en kijken. Weer een heel ander park dan bij Lake Mburo. Sowieso dus savanne met hoog gras en veel meer uitgestrekt, her en der wat cactusbomen ertussen. En andere dieren! QE staat bekend om leeuwen die in bomen klimmen. Daarnaast lopen er flink wat olifanten rond. Deze hadden we nog niet gespot, dus dat was ons doel voor de dag. De dieren kom je hier in minder grote getalen tegen dan Lake Mburo. Dus je hebt echt een gids nodig die de beste plekjes kent, daarna bellen ze natuurlijk ook alle andere gidsen. Wij hadden het getroffen met Moses, vlakbij een cactusboom stopte hij ineens en zei: “kijk! Een luipaard!” Ik naar de grond kijken of ik hem zag sluipen….bleek hij in de boom te zitten! Dus niet alleen leeuwen klimmen hier omhoog. We stonden er echt maar een paar meter vandaan. Wat een prachtig beest zeg! Die geweldig mooie huid, helder gele ogen en dan een gezicht als een lieve poes. Dat maakte de dag voor mij eigenlijk gelijk al goed. Ondertussen kwamen we de nodige impala’s en pumba’s tegen. We hielden pauze bij een grote kratermeer waar je vanuit de verte flamingo’s en buffels bij zag. Daarna weer op pad in de hoop leeuwen en olifanten te spotten. De leeuwen waren wel gezien, maar bleven zich schuilhouden tussen wat bosjes en wij mochten de paden niet af. Wel reden we langs een modderige rivier werkelijk vol met nijlpaarden, die liggen daar met z’n allen een beetje bubbels te blazen. Stinken dat ze deden! Ondertussen liepen we tegen het eind van onze 5 uur durende safari en dachten we het hiermee te moeten doen. Maar vlak voor het eind kregen we goed bericht, olifanten gezien, vlakbij het pad. Wij met het busje erop af. Eerst zagen we een stuk of vier, kleintje erbij. Een stukje verder het hoekje om zagen we ineens een hele olifantenfamilie. Lekker druk bezig hun slurf te ontdekken, bij hun moeder te drinken of modder te sproeien. We kwamen echt op enkele meters afstand. De motor van het busje lieten ze wel draaien, want zo’n groot beest zal zich ineens tegen je keren…Maar ze trokken zich echt niks van ons aan haha. Dag helemaal goed gemaakt, Moses bedankt!

Aangezien we nog rechten hadden omm het park in te gaan, zochten we nog een paadje op dat langs wat kratermeren liep. Dat was nog lastig te vinden, want op Google Maps staan er meerdere paden, maar in het echt leek er maar 1 pad echt te bestaan. Een aardig stuk dirtroad dat veel langer duurde dan het pad dat wij hadden uitgestippeld. Wel mooie uitzichten gehad. Daarna nog een stuk hobbelweg naar het asfalt en ineens zag ik iets wapperen in mijn rechter zijspiegel. Was er een stukje achterbumper los getrild. Gelukkig snel ergens een man met een schroefje kunnen vinden.

Daarna reden we door naar Fort Portal, een relatief grote stad. Hoewel het meer aanvoelt als een groot dorp. Bij het Yes Hostel (wat oké was, niet bijzonder) kwamen we 2 Vlaamse meisjes tegen, Nina en Hanne, die daar onderzoek deden naar cacao voor hun eindscriptie. Ze vertelden dat we in het guesthouse ernaast lekker konden eten, dus we vergezelden ze die avond. Rwenzori guesthouse wordt gerund door een wat oudere, bijzondere Nederlandse dame. We kregen daar mega veel eten voorgeschoteld dus konden daarna voldaan naar bed. De dag erna volgden we een wandelroute door het stadje heen. We begonnen bij een heel aftands marktje, op sommige plekken zie je ook tweedehands kleding die wordt aangeboden. Wellicht uit de boxen waar wij onze oude kleding in kunnen dumpen? We stopten even bij the Dutchess (ja weer een Nederlander met een zaak hier) om Dawa thee te proberen. We hadden dit al een paar keer op de kaart zien staan maar nog niet aangedurfd. Het heeft namelijk een bijzonder ingrediënt. Naast kaneel, kruidnagel, honing en limoen zit er namelijk….knoflook in. Ja dat is wat gekkig en je proeft het wel. Maar het overheerst niet en eigenlijk vonden we het wel lekker! Het stadje zelf is wel grappig, op sommige plekken vrij chaotisch met alle handelaars met kraampjes en de vele scooters ertussendoor. Het is een afwisseling van huisjes, hutjes, winkeltjes en soms ineens een stuk met bananenbomen ertussen. We pikten een lekker knapperige samosa met kikkererwten op en liepen de heuvel op naar het koninklijk paleis. De militair die ervoor stond moest ons helaas mededelen dat we er niet in mochten, maar hij wilde wel graag met ons op de foto haha. Zijn vriend ook, onze handen vasthouden en alles. Dus we hebben even een foto terug gevraagd. Mensen maken sowieso wel veel contact ‘how are you’ is een soort ‘hallo’ hier, die dag ook veel ‘I love you’ en ‘you’re beautiful’ gehoord, doet een mens toch goed. Wij groeten vrolijk terug en zwaaien naar de kindjes die dan vrolijk terug lachen.

Na een korte pauze reden we nog naar 2 uitzichtpunten. Daar keek je uit over de prachtige groene bergen en allerlei plantages. ‘s Avonds gingen we terug naar de Dutchess, want behalve knoflook thee stond daar ook krokodil op het menu, die wilden we proberen! De croc rib, was erg smakelijk (nee smaakt niet naar kip). De ochtend erna gingen we er weeeer heen haha. Want ze hadden zelfde gemaakte yoghurt daar en na elke dag eieren met zoet wit brood als ontbijt wil je wel eens wat anders. De Vlaamse meisjes namen we gezellig mee. Ze hadden echt een mega ontbijt deal met thee, sap, fruit, pannenkoeken, eieren….kortom we konden de helft meenemen voor lunch. Lekker uitzicht ook vanaf het terras. Gewapend met onze lunch sprongen we weer in onze bolide om naar het Noorden & Oosten van Oeganda te rijden. De minder toeristische gebieden, waar sommige mensen nog heel anders leven. Het werd dan ook een bijzondere reis, daarover meer in de volgende blog…

10 Reacties

  1. Frits:
    23 september 2022
    Wat een geweldig idee: knoflook in de thee! Dat moet natuurlijk geprobeerd worden thuis!
    Heerlijk verhaal weer, benieuwd naar jullie volgende ontmoetingen met mens en dier!😘😘
  2. Charlotte Bijl:
    23 september 2022
    Hahahaha uitstekende keuze! Laat maar weten hoe het was. Leuk van je te horen! 😚😚
  3. Oom Tom:
    23 september 2022
    Waar smaakte de krokodil wel naar? Jullie zijn wel twee durfallen stiekem een beetje jaloers.
  4. Charlotte Bijl:
    23 september 2022
    Ik vond het nog het meest op een lamskotelet lijken, maar daar is Angela het absoluut niet mee eens, dus ja...
  5. Frits:
    24 september 2022
    zit er namelijk….knoflook in.
    Ondanks alle mooie avonturen kom je op deze manier straks weer zonder verkering thuis!
    ik durf bijna niet meer te schrijven dat ik het een mooi verhaal vind,
  6. Charlotte Bijl:
    29 september 2022
    Drinken ze hier toch ook sufferd, niemand die er iets van merkt.
    Aah mag wel hoor :)
  7. Frank:
    27 september 2022
    Inderdaad een prachtige verhaal.
    Mooie beschrijvingen.

    Maar...
    Heb je ze wel verteld, dat 'musungu' politiek zeer incorrect is?
  8. Charlotte Bijl:
    29 september 2022
    Bedankt ome Frank! We hebben inmiddels wel geleerd dat Muzungu niet 'persoon met witte huid' betekent, maar 'reiziger' of 'zwervende', verandert dat nog iets aan de zaak?

    Uitleggen over politieke correctheid is geen beginnen aan, zodra ze kunnen praten roepen ze muzungu!
  9. Frank:
    29 september 2022
    Ik vind het prima zo.
    "Dolende" vind ik ook wel wat hebben.
    Maar pas wel op voor het Swiebertje effect...
  10. Charlotte Bijl:
    4 oktober 2022
    Is ook mooi, maar er moet inderdaad ook een eind aan het dolen komen.