Pagodes (x1000), booby nine en een ongedurige sjamaan in Myanmar

16 juli 2014

Visum voor Myanmar was in Bangkok binnen een dagje voor 30 dollar geregeld. Je moet dan wel op tijd op wat zwaar kan zijn als het Nederlands elftal de dag ervoor heeft gewonnen en een aantal uur in een schijnbaar eindeloze rij in een ruimte zonder airco staan, maar dan heb je ook wat. Ik had al vaker gezien dat mensen eigenlijk overal in Azie zoveel mogelijk dingen op 1 kleine motor vervoeren, maar deze dag in Bangkok zag ik weer iets nieuws, iemand die in een autoband op een motor zat. Alles moet hier kunnen.

De volgende dag op naar het vliegveld van Bangkok waar ik Hidde (10 minuutjes) en Angela mocht ontvangen. Hidde lieten we achter in de armen van Neeny en wij vlogen in anderhalf uur door naar Mandalay, onze eerste stop in Myanmar. We hadden al vernomen dat het in Myanmar krioelde van de Pagodes en al vanuit het vliegtuig zagen we overal torentjes opdoemen. Na een aardig hobbelige taxirit waarbij het kussentje dat Angela uit het vliegtuig had gestolen goed van pas kwam op mijn hoofd zodat ik me niet te hard aan het dak stootte, kwamen we bij Yoe Yoe Lay guesthouse aan, was me aangeraden door een mede backpacker. We werden daar aller hartelijkst ontvangen door een paar dametjes in het paars. Het was al wat later dus we hebben die dag alleen op goed geluk wat Birmeze gerechten in een restaurant aangewezen en onze eerste kennismaking met de Birmeze keuken was een blijde verrassing, yummy noodles en een niet te overtreffen avocado-perenshake!

Het ontbijt was de volgende dag tussen 7 en half 10. Wij waren de avond ervoor iets van half 10 naar bed gegaan dus hadden geen wekker gezet. Wordt er rond 10  uur op de deur geklopt..."breakfast is ready!" Omdat het onze eerste dag was kregen we gewoon rond kwart voor 11 nog ontbijt geserveerd, een aardige indicatie van hoe vriendelijk de Birmezen zijn. De avond ervoor dag Angela dat er een kleine aardbeving plaats vond. In feite kwam Jeff, een Luxemburger, in het stapelbed boven haar liggen. Die wilde wel met ons op stap. Aangezien we zo laat wakker waren besloten we op het heetst van de dag naar het royal palace gegaan. Dat was van buiten best mooi maar van binnen nogal leeg en ook was het dus rete warm. Dus gingen we maar een tijdje bovenop de wachttoren in de wind fruit eten. Verder die dag nog door een klooster gebanjerd en ons achterop de scooter Mandalay Hill op laten vervoeren waar ook een tempel was. Wel een hele mooie met allemaal gekleurde mozaiekjes en Boeddha's met neonlichten lkr kitsch. Ook vonden we in de tempel Jake, met wie ik in Saigon een dagje had doorgebracht en die nu tot 'Jack Jake' is omgedoopt aangezien ik toen ik hem zag eerst per abuis 'Jack!' riep en dat snel liet volgen door Jake. Onthou die naam, die komt nog terug. Na een uurtje op de tempel te hebben gespendeerd. In dat uurtje zijn we meerdere malen met Birmezen op de foto gegaan, al dan niet hun hand vasthoudend en hoopten we een btje op een zonsondergang. Er waren echter nogal veel wolken dus Jeff, Ans en ik togen weer naar beneden terwijl we Jack Jake vol goede hoop achterlieten op de heuvel. 's Avonds vroegen we de man van ons guesthouse naar een goed restaurant. "Booby nine!" zei hij vol overtuiging. Ik herhaalde het voor de zekerheid nog even, en hij bevestigde dat dat de naam was. We vonden het niet onaantrekkelijk klinken en volgden zijn directies, het bleek VeVe Nine te eten, ze hebben wat moeite met het uitspreken van de letter 'V', maar het smaakte desondanks nog best goed.

De volgende dag besloten we beter te besteden, voor 30 euro hadden we een taxi voor een hele dag (gedeeld door 4 personen, er was nog een Engels meisje aangesloten) en gingen we op toer langs de Ancient Cities van Mandalay. 1 van onze eerste stops was tot onze verbazing Monnikendam. Een plaatsje waar alle monniken van jong tot oud wonen en waar alle toeristen kijken hoe ze in een eindeloze rij gaan staan met hun verzamelde rijst tot ze mogen lunchen. In Myanmar zijn de monniken niet in het oranje gekleed, maar de meeste in het donkerrood, dan heb je ook nog hele jonge snoezige monnikjes in het wit en vrouwelijke monniken (wel met kaal hoofd) toepasselijk in het roze, een vrolijk straatbeeld. Nog in een paardenkarretje en op een bootje gezeten en weer de nodige pagodes gezien. Wat verder opviel in Mandalay is dat cowboys hier erg om hun uiterlijk geven. Er zijn namelijk geen beauty salons maar uitsluitend beauty saloons. Ook de auto's kunnen een behandeling krijgen in de car beauty saloon. Ik moet zeggen dat Angela hartstikke smooth het Aziatische leven in gingen afgezien van wat struggles met eten met stokjes wat tot trillende spiertjes leidde, maar die skill is inmiddels ook helemaal onder de knie.

De dag erna stapten we op de trein naar Bagan, daar waren immers ook een heleboel pagodes, dus die mochten niet gemist worden. We worden vergezeld door een Poolse, niet-etende sjamaan (je komt nog eens iemand tegen) en gingen goedgeluimd de bus naar Bagan in. Daar werden een soort Birmeze videoclips vertoond die vaak met een hoop agressie gepaard gingen en die wij tot onze grote hilariteit van ondertitels voor zagen (had je bij moeten zijn). Wat zo hoopvol begon met onze sjamaan ging steeds meer bergafwaarts. We denken dat het vasten (hij zat op dag 2) zijn humeur wellicht beinvloedde, maar hij ontpopte zich in Bagan tot een sjamaan die nogal een kort lontje had in plaats van 1 die mindful was zoals hij predikte. Zo is hij wel 4 x naar de receptie gegaan om te klagen over de airco (die overigens prima functioneerde, maar daar merk je weinig van als je de deur steeds opent). En vanaf toen werd hij steeds een tikje irritanter. Jack Jake bleek ook in hetzelfde hotel te zitten! Maar die had alles al gezien dus  we vertrokken zonder hem. We huurden fietsjes en fietsten van pagode naar pagode. Erg mooi, vooral het uitzicht vanaf 1 van de grote vanwaar je de pagodes in de hele omgeving kon overzien. Klein nadeel is dat je overal je schoenen uit moet en als ze vriendelijk aanbieden daar op te letten ze achteraf om 'shoe money' vragen, ook 'camera fees' in pagodes zijn niet ongebruikelijk. Ons originele plan was om de dag erna de nachtbus naar Kalaw te pakken zodat we de volgende ochtend met zonsopgang op een pagode konden zitten, maar we waren al die pagodes inmiddels zo zat dat we pardoes de ochtendbus boekten en de volgende ochtend Bagan voor Kalaw verwisselden. Bovendien was het ook geen pretje om als reus op een dwergenfiets met platte band rond te rijden.

In de volgende blog, hoe de sjamaan ons achtervolgde, hoe wij een trekking leidden en zingend naar ons culinaire avontuur aan het Inle Lake vertrokken..

Foto’s